Opmerkelijk


Opmerkelijk:

1 - Meer waardering voor het bejaarde brein.(deel1).

2 - Meer waardering voor het bejaarde brein.(deel2)

3 - Het aantal 65-plussers met een betaalde baan is flink toegenomen

4 - Hoe lang genieten in Europese landen pensionado's van hun pensioen?

5 - We werken steeds vaker tot onze pensioenleeftijd.

6 - We worden steeds ouder en we blijven langer gezond.

7 - 65-plussers zijn het gelukkigst; hoe komt dat?

8 - Waarom het zo leuk is om ouder te worden

9 - Eigenschappen van super senioren ofwel 'superancienos'

10 - 'De Trap des ouderdoms'

11. Nederland op plaats 5 van beste pensioenlanden ter wereld

12. Op welke leeftijd vinden anderen jou oud?



"Wij ouderen vallen meer op, want we zijn met steeds meer" - Hedy d'Ancona

Als je mij iets wil laten weten, dan kun je me mailen: h.v.veldhuijzen@gmail.com

1- Hersenwetenschapper bepleit meer waardering voor het bejaarde brein - deel 1


Het Reformatorische Dagblad publiceerde dit interes-

sante interview met neurospycholoog prof. Margriet

Sitskoorn. Haar boodschap is dat sommige functies

van het brein van ouderen inderdaad achteruit gaan,

maar andere gaan juist vóóruit.

Hier het eerste deel. 

Hersenen passen zich continu aan de veranderende buitenwereld aan. Sommige cognitieve vaardigheden verbete-ren, andere verslechteren. Ook het oudere brein is flexibel – neuroplastisch, in vaktaal – en kan daardoor op bepaal-de vlakken beter gaan functioneren. „Dat is het belangrijkste inzicht van het hersenonderzoek van de laatste jaren op dit gebied. Voorheen gingen we uitsluitend uit van verval van de hersenen. Onderzoek werd vanuit dat kader ingezet”, vertelt hersenonderzoeker Sitskoorn. Ze is auteur van het in 2019 verschenen boek 'Het 50+ brein. Ouder wordende hersenen in de moderne samenleving'. Daarin bundelt ze kennis van onderzoek van wetenschappers van over de hele wereld.

Welke hersenfuncties verbeteren bij het ouder worden?

„Ouderen kunnen hun emoties over het algemeen beter reguleren. Daardoor raken ze minder snel van streek bij een ingrijpende gebeurtenis en weten ze: dit hoort erbij. De reden is onder andere dat ze meer hebben meegemaakt in hun leven dan jongere mensen. Daardoor zijn bepaalde hersengebieden anders gaan functioneren en kunnen ze zaken beter relativeren.

Veel ouderen staan vrij optimistisch in het leven. De reden is dat zij zich meer richten op positieve informatie, terwijl jongeren vooral negatieve informatie oppikken. Ook kunnen ouderen – uitzonderingen daargelaten – goed omgaan met interpersoonlijke problemen. Daardoor zijn ze beter in staat problemen op de werkvloer op te lossen voordat er ruzies ontstaan. Wie ouder wordt, handelt steeds meer vanuit eerder opgedane ervaringen. Wijsheid komt met de jaren, luidt het spreekwoord. Dat is wetenschappelijk aangetoond.

Mensen van 50 jaar en ouder kunnen zich langduriger concentreren op een lastige taak, ingewikkeld onderwerp of taai boek. Een belangrijke vaardigheid en heel zinvol voor het opnemen van complexe informatie.”

Ouderen kunnen zich beter concentreren op een bepaalde taak, zegt u. Ligt dat aan de leeftijd van hun brein, of doordat ze in een minder vluchtige tijd opgroeiden? Een tijd waarin een uur naar de predikant of meester luisteren heel normaal was.

„Beide. Het brein verandert met de leeftijd en wordt ook beïnvloed door de omgeving. Zo kan het grondig lezen van boeken het concentratievermogen helpen verbeteren. Jongeren hebben vaak meer moeite om zich te concentreren. Daar staat tegenover dat ze hun aandacht beter kunnen verdelen over meerdere onderwerpen en taken. Dat heeft met hun leeftijd en hersenontwikkeling te maken, maar ook met het feit dat ze leven in een wereld vol prikkels. Denk aan de smartphone, die continu afleidt. Hun hersenen passen zich daarop aan.”

Waar zijn jongeren nog meer goed in?

„De jongere generatie is vaak creatiever; ze is er beter in om vanuit het niets nieuwe dingen te beden-ken. Ook aanvaarden jongeren veranderingen makkelijker. Zij worden minder gehinderd door dingen die ze al weten en die zich in hun neurale netwerk hebben genesteld.”

Ouderen zijn minder welkom op de arbeidsmarkt of moeten ongewild met pensioen. Vindt u dat ouderen zouden moeten blijven werken?

„Het verschilt echt per beroep of het verstandig is om door te blijven werken. Een stratenmaker kan op de pensioengerechtigde leeftijd van 67 een versleten rug en knieën hebben. Maar veel andere functies kunnen ouderen nog uitstekend aan. Op veel punten zijn zij juist in de bloei van hun leven. Zo zijn ze vaak relatief stressbestendig; een ideale eigenschap voor veel functies. Anderen kennen de geschiede-nis van een onderneming van haver tot gort. Deze diversiteit binnen een bedrijf is heel belangrijk. Werkgevers zouden daar veel meer oog voor moeten hebben.”

Klopt het dat het geheugen bij veroudering aftakelt?

„Specifieke geheugendelen, zoals het kortetermijngeheugen, worden inderdaad minder. Ouderen zijn bij-voorbeeld niet zo goed in het opslaan van allerlei feitjes. Daarentegen kunnen ze nieuwe kennis beter integreren in bestaande kennis. Het wiel hoeven ze niet opnieuw uit te vinden. Ook het brongeheugen gaat achteruit. Daardoor kunnen ze zich moeilijker herinneren waar bepaalde informatie vandaan komt. Dat is best belangrijk: het maakt een verschil of iets uit de krant of van Facebook komt.

Het geheugen gaat bij het ouder worden meer in dienst staan van bepaalde doelen. Als het nut van bepaalde informatie niet duidelijk is, hebben ouderen veel moeite om die op te slaan. Maar nuttige infor-matie kunnen ze wel goed opslaan. Het geheugen wordt dus efficiënter. Een prachtig systeem. Ouderen hebben een uitgebreider semantisch geheugen, wat betekent dat ze een grote woordenschat en feiten-kennis hebben. Ook het langetermijngeheugen met informatie over vroeger is in gezonde oudere hersenen goed. Daarnaast is het procedureel geheugen van ouderen beter. Dat wil zeggen dat ze meer kennis paraat hebben over hoe bepaalde handelingen te verrichten, zoals een cake bakken, banden plakken of andere, meer complexe taken.”

2 - Hersenwetenschapper bepleit meer waardering voor het bejaarde brein - deel 2

Het Reformatorische Dagblad publiceerde dit interessante

interview  met neurospycholoog prof. Margriet Sitskoorn.

Haar boodschap isdat sommige functies van het brein van

ouderen inderdaad achteruitgaan, maar andere gaan juist

vóóruit. Hier het tweede deel. 




Zouden ouderen een taal kunnen leren

"Dat kan zeker, mits ze nog een gezond brein heben. Ouderen hebben gemiddeld een grotere woordenschat en kennen meer talen danjongeren, waardoor ze makkelijker verbanden kunnen leggen. De kennis van bijvoorbeeld Latijn kan helpen bij het leren van Italiaans of Spaans. Probleem bij ouderen is nogal eens dat ze niet meer zo gewend zijn veel tijd te steken in het leren van iets nieuws. Ook hebben ze over het algemeen minder energie. Een taal onder de knie krijgen komt je niet zowaar aanwaaien. Daar moeten ouderen – net als jongeren – veel tijd en energie in steken.”

Bij het ouder worden sterven steeds meer hersencellen af.

„Dat is waar. De tastzin en het reuk- en gezichtsvermogen worden minder. Ik heb nu een leesbril op; dat is geen ramp maar wel iets nieuws. Ook motorische vaardigheden, zoals kracht en reactievermogen, gaan achteruit. Hetzelfde geldt voor bepaalde cognitieve vaardigheden, zoals de snelheid van informa-tieverwerking.”

Wat kunnen ouderen doen om de hersenen zo fit mogelijk te houden?

„Klopt. Maar er komen ook weer nieuwe verbindingen bij.”

Toch gaan er ook functies achteruit naarmate de leeftijd vordert.

„In mijn boek heb ik een Schijf van vijf voor vitaal ouder worden opgenomen, met allerlei adviezen waar-van bewezen is dat ze het verval van de hersenen tegengaan. Mijn eerste advies: verrijk uw omgeving en stel u bloot aan nieuwe dingen. Bezoek musea of leer iets nieuws, bijvoorbeeld kantklossen. De hersenen maken dan nieuwe verbindingen aan. 2: verhoog uw hartslag. Ga lekker wandelen of fietsen. Elke dag bewegen remt verval van de hersenen. 3: verbind u met anderen. Het aangaan van sociale contacten is zeer goed voor de hersenen. Ga bijvoorbeeld vrijwilligerswerk doen in de buurt. Dat versterkt de verbindingen, netwerken en flexibiliteit van de hersenen. 4: voed uw hersenen met gezonde voeding. Voedingswetenschappers denken dat een mediterraan dieet met olijfolie, vis en groente goed is voor de hersenen. Ze zien bijvoorbeeld dat in landen als Italië en Japan mensen ouder worden en minder vaak lijden aan kanker en hart- en vaatziekten. Naar de rol van voeding bij de gezondheid van de hersenen moet nog wel meer onderzoek worden gedaan. Zo weten we niet goed of de gezondheids-effecten in de genoemde landen te maken hebben met de aanwezigheid van bijvoorbeeld de onverza-digde omega-3-vetzuren, of met de áfwezigheid van bewerkte producten met veel verzadigde vetten en suikers. 5: probeer ziekten te voorkomen door gezond te leven. Vermijd alcohol, suiker en stress. Langdurige stress maakt hersenverbindingen kapot.”

Hebben deze tips ook zin als je daar pas op hogere leeftijd mee begint?

„Hoe eerder, hoe beter. Maar de adviezen hebben nut, hoe oud mensen ook zijn. Het effect zie je snel. Als ouderen sociale contacten aangaan, meer gaan bewegen en stress proberen te vermijden, merken ze de gunstige gevolgen vaak al na een week. Ze gaan zich fitter voelen en kunnen zich bijvoorbeeld beter concentreren op een boek.”

Het valt niet mee om als oudere in coronatijd nieuwe contacten aan te gaan.

„Klopt, hopelijk gaat dat over een paar maanden makkelijker. Probeer toch contacten aan te gaan, hetzij digitaal of fysiek. Via bepaalde netwerken als buurtverenigingen, hobbyclubs en verenigingswerk is er veel mogelijk. Er zijn prachtige initiatieven in het land om ouderen met elkaar in contact te brengen. Denk aan samen wandelen, breiclubs, restaurants waar oma’s koken, uitzendbureaus voor ouderen en voetbalclubs waar oudere mannen aan loopvoetbal kunnen doen of over hun voetbalherinneringen kunnen praten. Het zijn nu vaak kleine organisaties die dit soort activiteiten organiseren. Liefst zou je dat op grote schaal zien.

Heel belangrijk is het om iets te gaan doen wat je leuk vindt. De een houdt van vissen, de ander van voorlezen op school. Probeer op die manier aansluiting te vinden bij mensen met dezelfde interesse. Vooral het doen van vrijwilligerswerk is erg nuttig voor ouderen: het is goed voor hun sociale contacten, ze leveren daarmee een bijdrage aan de wereld en ze krijgen er waardering voor terug. Bovendien is het bevorderlijk voor hun hersenen. Het mes snijdt aan alle kanten.”

Welke boodschap wilt u met ”Het 50+ brein” meegeven?

„Ik wil de waardering voor ouderen vergroten. Er bestaan veel negatieve stereotyperingen. Mensen denken bij een oudere vaak aan een grijs, stram persoon. Maar kijk eens wat mensen van 50 of 80 jaar nog doen: ze zorgen voor hun kleinkinderen, ze zijn hoogleraar of ze besturen zelfs landen. Ouderen kunnen veel meer dan we denken. Ook bepleit ik meer erkenning voor ouderen op de arbeidsmarkt. Nu is vaak nog de gedachte: ze zijn duur en ze kunnen niets meer leren. Onterecht. Op die manier gaat veel potentiële kennis en arbeid verloren.”

3 - Het aantal 65-plussers met een betaalde baan is flink toegenomen

In 2020 hadden 300.000 mensen van 65 jaar of ouder betaald werk, tegen 75.000 in 2003. De toename van het aantal werkende 65-plussers heeft mede te maken met de verhoging van de AOW-leeftijd. Maar ook de toenemende vergrijzing draagt hiertoe bij.  Mensen van 65 jaar zijn meer gaan werken, vooral na 2015.

De arbeiddeelname als gevolg van de stapsgewijze verhoging van de AOW-leeftijd remde even af in 2020, toen de coronapandemie uitbrak. Maar daarna is er weer een duidelijke toename te zien. Ook het aantal werkende 75-plussers is toegenomen, van 9000 in 2003 naar 30.000 in 2020.

De komende jaren wordt de AOW-leeftijd verder verhoogd naar 67 jaar in 2024. Daarna  stijgt de AOW-leeftijd per jaar dat we langer leven met 8 maanden. Werknemers van 55 tot 65 jaar denken gemiddeld gezien tot hun 66e te kunnen doorwerken. Toch stoppen ze bij voorkeur iets eerder: als ze 65 jaar en 5 maanden zijn.

Beeldend kunstenaar is het beroep met relatief de meeste werkende ouderen. Een kwart van deze beroepsgroep is 65 jaar of ouder. Ook onder chauffeurs, meubelmakers, kleermakers en stoffeerders komt het veel voor dat mensen op hoge leeftijd nog aan het werk zijn.

4 - Hoe lang genieten in Europese landen pensionado’s van hun pensioen?

In veel Europese landen wordt stevig gedebatteerd over pensioenstelsels. Door een combinatie van vergrijzing en aanpassingen van de pensioenleeftijd fluctueren de periodes dat inwoners pensioenen ontvangen. Die dis-cussies verschillen aanmerkelijk per land.

In Nederland besloot het kabinet het afgelopen jaar om de AOW-leeftijd tot 2024 niet verder te laten stijgen dan 67 jaar. Daarna stijgt het moment dat je AOW krijgt 8 maanden voor elk jaar dat we langer leven. Een land als Frankrijk voert ondertussen een heel andere discus-sie. Daar wil de regering de pensioenleeftijd verhogen van 62 naar 64 jaar, maar door fel verzet van Franse vakbonden is dat voorstel er nog altijd niet door. Niet alleen de discussies over pensioenrechten verschillen per land. Ook zijn er forse verschillen als het aankomt op de vraag hoe lang mensen er van hun pensioen kunnen genieten.

Een grafiek van databureau Statista toont voor een aan-

tal landen het gemiddeld aantal jaren dat respectieveelijk

mannen en vrouwen van hun pensioen genieten.

Hierbij is gekeken naar de feitelijke pensioenleeftijd (die

vaak lager is dan de officiële AOW-leeftijd) en de gemid-

delde levensverwachting vanaf de pensioenleeftijd.

Fransen kunnen gemiddeld het langst profiteren van

hun pensioen. Mannen genieten in Frankrijk gemiddeld

22,7 jaar van hun pensioen,voor vrouwen is dat 26,9 jaar.

In beide categorieën staat Frank-rijk daarmee op de

eerste plaats. Ook andere Zuid-Europese landen zoals

Italië en Spanje scoren hoog, met respectievelijk 21,7

en 20,7 jaar voor mannen en 26,6 en 25,7 jaar voor

vrouwen. Anderzijds staan het Verenigd Koninkrijk en

de Verenigde Staten juist laag op de lijst. In het VK pro-

fiteren mannen gemiddeld zo’n vier jaar korter van hun

pensioen dan in Frankrijk; voor vrouwen is dat bijna vijf

jaar. De VS scoren nog lager.

Nederland eindigt in de middenmoot. Mannen genieten in Nederland gemiddeld 18,6 jaar van hun pensioen – zo’n vier jaar korter dan in Frankrijk en bijna gelijk met Groot-Brittannië. Nederlandse vrouwen hebben gemiddeld ruim een jaar langer dan Britse vrouwen, maar 3,5 jaar minder dan vrouwen in Frankrijk.

Als we kijken naar de feitelijke pensioenleeftijd per land en dat afzetten tegen resterende gemiddelde levensverwachting, dan levert dat het volgende beeld op. De lage pensioenleeftijd van 60,8 jaar in Frankrijk is voor een belangrijk deel verantwoordelijk is voor de hoge score bij de duur van het pensioen. De gemiddelde levensverwachting van Franse mannen ligt met 83,5 jaar dicht bij het gemiddelde. In Italië ligt pensioenleeftijd met 64,0 jaar aanmerkelijk hoger dan in Frankrijk, maar ook de levens-verwachting van Italiaanse mannen is hoog: 84,7 jaar. Nederland heeft bij de mannen een relatief hoge pensioenleeftijd van 65,2 jaar, en met 83,8 jaar een gemiddelde levensverwachting.

Ook bij vrouwen is de lage pensioenleeftijd in Frankrijk van 60,8 jaar de voornaamste oorzaak van de lange pensioenduur; de levensverwachting van Franse vrouwen ligt met 87,7 jaar dicht bij het gemiddel-de. Net als mannen hebben Italiaanse vrouwen de hoogste levensverwachting: 89,3 jaar. Maar ze gaan ook bijna drie jaar later met pensioen dan vrouwen in Frankrijk, gemiddeld op de leeftijd van 63,6 jaar. Nederlandse vrouwen hebben een gemiddelde pensioenleeftijd van 62,5 jaar. Dat is hoger dan vrouwen in Frankrijk, Spanje en België, maar lager dan vrouwen in Italië, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk. De levensverwachting van vrouwen in Nederland ligt met 85,9 jaar wat lager dan het gemiddelde.

5 - We werken steeds vaker tot onze pensioenleeftijd.

55-plussers hebben NU vaker betaald werk dan 15 jaar geleden. Dat komt door meerdere factoren, zoals het verhogen van de aow-leeftijd en omdat vrouwen vaker zijn gaan werken na het krijgen van kinderen. Het ligt in ieder geval niet aan hun gezondheidssituatie, want die is de laatste jaren nauwelijks veranderd.

Dat blijkt uit een rapport van Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) over de welvaart en het welzijn van mensen in de zogenaamde 'derde levensfase' (55 tot 75 jaar). Vooral vrouwen van 55 jaar en ouder hebben vaker werk dan vijftien jaar geleden. In 2003 had zo'n 30 procent van de vrouwen betaald werk, in 2018 is dat percentage verdubbeld naar 60 procent! De percentages verschillen wel duidelijk per opleidingsniveau.

Van de hoogopgeleide vrouwen tussen de 55 en 65 jaar werkt 74 procent, van de laagopgeleide vrouwen werkt 43 procent. Ook mannen tussen de 55 en 65 jaar werken vaker. In 2003 had 54 procent betaald werk, vorig jaar 77 procent. Dat ouderen langer doorwerken komt door de afschaffing van de VUT en het fiscaal gefaciliteerd pre-pensioen (o.a. FPU), aanpassingen in de arbeidsongeschiktheidswet en de verhoging van de AOW-leeftijd.

Het opleidingsniveau van de huidige 55-plussers is hoger dan dat van de 55-plussers van 15 jaar geleden. Dat is van belang. Onderwijsniveau blijkt namelijk veel uit maken als we kijken naar de gezond-heid. Laagopgeleiden kampen vaker met gezondheidsklachten en raken daardoor eerder arbeids-ongeschikt. Dat is zorgwekkend, want ouderen zonder baan hebben minder welvaart en een grotere kans op eenzaamheid. Verder kunnen hoogopgeleiden doorgaans langer gezond van hun pensioen ge-nieten dan laagopgeleiden. De groep 55- tot 75-jarigen ziet er over twintig jaar flink anders uit, schrijft het CBS. Het aandeel laagopgeleiden daalt bijvoorbeeld van zo'n 38 procent in 2018 naar 20 procent in 2038 en het aantal ouderen zonder partner stijgt.

6 - We worden steeds ouder en we blijven langer gezond.

Is 70 het nieuwe 65?

Normaal gesproken noemen we iemand vanaf 65 jaar een 'oudere', maar de vraag is of dat nog steeds geldt. Mensen worden namelijk over het alge-meen steeds gezonder en ouder.

Volgens Britse onderzoekers is het tijd om na te denken of 70 niet het nieuwe 65 is ge-worden. Een 70-jarige man van nu is net zo fit als een 65-jarige man in 1997. En een 70-jarige vrouw van nu is net zo fit als een 65-jarige vrouw uit 1981. Ook volgens cijfers van het CBS leven mensen langer en gezonder.

De levensverwachting van 65-jarigen in Nederland neemt al sinds 1950 toe. Destijds leefden 65-jarigen gemiddeld nog 14,3 jaar. Nu ligt het gemiddelde boven de 20 jaar. Verwacht wordt dat we vanaf 2060 nog eens 5 jaar ouder worden. Mensen van 70 hebben nu dezelfde levensverwachting en dezelfde ge-zondheid als 65-plussers in het verleden. Dus op bevolkingsniveau lijkt het redelijk om 70 te labelen als het nieuwe 65 (of misschien zelfs jonger).

"Het zou goed kunnen als we daar officieel naar toe gaan", zegt Dick ter Steege van het CBS. "De komende jaren zal de levensverwachting blijven stijgen. De AOW-leeftijd is inmiddels al een aantal keer verhoogd en zou ook zomaar een keer op 70 jaar uit kunnen komen."

7 - 65-plussers zijn het gelukkigst; hoe komt dat?

Dat wijsheid met de jaren komt weten we, maar dat is niet het enige voordeel van ouder worden.

Onderzoek toont aan dat hoe ouder je bent, hoe meer zelfverzekerd en tevreden. 65-plussers blijken gelukkiger te zijn dan mensen uit een jongere generatie. Denk daar maar aan wanneer je de kaarsjes uitblaast op je eerstvolgende verjaardag. Hoe het allemaal werkt, daar kom je pas echt achter als je zelf die leeftijd hebt bereikt.

De volgende factoren kunnen ertoe bijdragen dat je gelukkiger bent als je de zestig gepasseerd bent:

Oudere mensen zijn mentaal gezonder. In 2016 is er een onder-zoek uitgevoerd onder 1500 mensen van verschillende leeftijden naar hun lichamelijke, cognitieve en mentale gezondheid. Hieruit bleek dat mensen in de leeftijdscategorie 20 tot 30 jaar vaker last hebben van depressies, angsten en stress. Daar hebben 65-plussers minder last van. Vermoedelijk omdat je dan situaties beter kunt relativeren en omdat je tegen die tijd ook wat wijzer geworden.

Ouderen hebben een stabieler leven.Vaak is het leven van iemand in de zestig een stuk stabieler. Je hebt stabiele relaties opgebouwd, verschillende posities ingenomen op je werk, een vaste woonplek. En als je kinderen hebt zijn die waarschijnlijk inmiddels zelfstandig en heb je hier weinig omkijken meer naar.

Geluk heeft een andere betekenis gekregen. Oudere mensen zien geluk meer als tevreden zijn met wat je hebt, terwijl voor jongeren geluk vooral staat voor een euforisch moment. 


We zoeken allemaal naar momenten van geluk, ongeacht de leeftijd. Hoewel er niet veel over de gelukzaligheid van ouderen wordt gesproken, concludeert een recent onderzoek van de Universiteit van Harvard (VS) dat mensen na hun 60e jaar gelukkiger zijn. Hoe zit dat?

Dit onderzoek is gebaseerd op een reeks interviews, bloedonderzoeken en hersendonaties. De onderzoekers con-cludeerden dat iedereen positieve veranderingen in zijn leven kan aanbrengen. En meer specifiek beweren ze dat het senioren-leven veel te bieden heeft. Dus dat is geen trieste periode, maar eentje vol mogelijkheden.

Een enquête waarin 2.000 Amerikaanse senioren van 65 jaar en ouder werden geïnterviewd, toont aan welke aspec-ten over het algemeen de meeste vreugde veroorzaken in deze groep. En wat voor Amerikanen geldt, zal ook wel gelden voor oudere Nederlanders.

De belangrijkste conclusies van deze enquête zijn dat er drie aspecten zijn die ouderen gelukkig maken: familie (71%), vrienden (49%) en goed weer (26%). Nou, vooral dat laatste kun je in bijvoorbeeld Spanje meer dan genoeg vinden. En het maken van vrienden is ook niet zo moeilijk.

En 73% van de ondervraagden stelt dat het nooit te laat is om een ​​partner te vinden om  ervaringen mee te delen. Sterker nog, 26% gaf toe ooit en datingapp te hebben gebruikt. Verder was 77% van de ondervraagden van mening dat ze, als ze konden kiezen, opnieuw hun huidige levenspartner zouden kiezen.

Ouderen hebben door de vele levensjaren veel ervaring en verhalen te vertellen. 63% van de ondervraagden geeft aan dat ze elke dag sociale media gebruiken. Herinneringen en ervaringen uit het verleden leveren ook veel momenten van vreugde op. Vooral zijn ze  enthousiast over het entertainment uit de jaren zeventig. Opvallend is tenslotte dat 86% van de ondervraagden graag terug in de tijd zou gaan. Om betere beslissingen te nemen, meer tijd door te brengen met hun dierbaren en gelukkige momenten opnieuw te beleven.

8 - Waarom het zo leuk is om ouder te worden!

Ontdek waarom je met heel veel plezier ouder kan worden:

65+ korting
Lekker besparen! Want we zijn en blijven Nederlanders, ja toch?

Zo worden treinkaartjes, kaartjes voor het museum en andere

activiteiten een stuk goedkoper met 65+ kortingen.
Wijsheid
Je wordt eindelijk gezien als autoriteit want jij beschikt over

levenswijsheid!
Comfortabele kleding
Geen hoge hakken of te strakke panty's maar vooral kleding die

lekker zit: mag gewoon.
Stabiele carrière
Na al die jaren keuzes maken heb je een stabiele carrière en

weet je welke kant je op wilt. Je hoeft je niet meer in bochten te wringen om indruk te maken op de grote baas.
Geen zorgen over hoe dingen uit gaan uitpakken
Geen zorgen meer over wel of geen kinderen en of alles wel uitpakt zoals je het in gedachten had. Alles heeft zijn weg al gevonden.
Uitslapen
Je kan wat langer blijven liggen zonder wakker te worden van die oorverdovende wekker. Je kan gewoon net zo lang slapen totdat je niet meer moe bent.
Minder interesse in de mening van een ander
Je hebt geleerd dat het helemaal niet uitmaakt wat anderen van je vinden. Je kan gewoon lekker jezelf zijn.
Zelfvertrouwen
Je durft je mening te geven of mensen dat nu leuk vinden of niet. Je weet ondertussen waar je voor staat.
Buitenkant zegt je minder
Wanneer je jonger bent leg je veel nadruk op uiterlijk vertoon, zoals bijvoorbeeld slank zijn. Wanneer je ouder wordt accepteer je die ene kilo meer of minder en neem je gewoon lekker dat stuk taart!
Levenskeuzes
Naarmate je ouder wordt hoef je minder allesbepalende keuzes te maken. Je hebt al gekozen voor een huis, baan en nog zo wat. Je kunt je nu rustig focussen op zoiets ‘belangrijks’ als wat je gaat eten voor de lunch.
Dagbesteding
Late ochtendwandelingen, middagjes winkelen of dutjes, je kan de dag invullen zoals jij dat wil!
Stabiele vriendschappen
Wanneer je opgroeit komen en gaan er veel vrienden in je leven omdat jij een andere kant op gaat. Wanneer je ouder bent, weet je ondertussen wel wie je vrienden zijn.
Duidelijke prioriteiten
Je bent helder in wie je bent en wat je wil. Je weet waar je je tijd aan wil spenderen en vooral ook waaraan niet.
Kleinkinderen
Mocht je het geluk hebben kleinkinderen te krijgen dan gaat er weer een hele nieuwe wereld voor je open waar je enorm van kan genieten.
Voldoening
Of het nu om je werk, vrienden, ervaringen of andere zaken gaat, je hebt het nodige bereikt en dat zorgt toch voor voldoening.
Grijze haren
Grijs haar is tegenwoordig superhip. Je hoeft je dus niet meer scheel te betalen bij de kapper om het te verbloemen.
'Nee' zeggen
Je leert beter 'nee' te zeggen, want je hebt niet meer de behoefte om overal bij te zijn.
Tijd voor hobby's
Wanneer je druk bent is het lastig tijd vrij te maken voor hobby's zoals bijvoorbeeld schilderen of fotografie. Nu heb je er tijd voor!
Beste versie van jezelf
Na jaren waarin je dag in dag uit om moet gaan met je onzekerheden weet je nu tenminste wat je waard ben op alle niveaus.




9. Spaans onderzoek naar super-senioren: 80-jarigen die eigenschappen hebben van iemand van 50 jaar.


Ondanks dat ze de leeftijd van 80 al bereikt hebben, blinken ze uit door hun uitzonderlijk geheugen en to-nen ze een mentale behendigheid, bewegingsvlotheid en geestelijke gezondheid die veel sterker zijn dan bij de gemiddelde leeftijdsgenoot. We noemen hen de super senioren of ‘superancianos’. Hierover is recent meer ontdekt door Spaanse wetenschappers in een studie die verscheen in ‘The Lancet Healthy Longevity’.



















Dit onderzoek sluit aan bij talrijke voorgaande studies die trachten meer te begrijpen over deze ‘eeuwig jonge’ senioren, personen die cruciaal zijn om inzicht te krijgen in de basis van hersengezondheid en gezond verouderen. Wat onderscheidt hen het meest? Ze zijn tachtgers die de fysieke en cognitieve eigen-schappen van iemand hebben die 20 tot 30 jaar jonger is.

De recente Spaanse studie belicht twee nieuwe essentiële eigenschappen van deze verbijsterende demo-grafische groep. Ze bewegen sneller, hebben een betere mentale gezondheid en hebben minder angst en depressie dan hun leeftijdsgenoten. En met het verstrijken van de tijd lijkt hun geheugen ook niet te verslechteren.


De studie beoordeelde in totaal 64 super senioren en 55 ouderen boven de leeftijd van 79,5 jaar. Deze werden geselecteerd uit het Vallecas Project, ontworpen om vroege tekenen van Alzheimer te detecteren. Ze namen deel aan zes jaarlijkse bezoeken waarbij MRI-scans werden uitgevoerd, klinische tests werden afgenomen en gegevens over demografische en levensstijlfactoren werden geregistreerd.

Door gebruik te maken van een computermodel gebaseerd op machinaal leren, ontdekten de onderzoekers dat een hogere bewegingssnelheid en een betere mentale gezondheid de meest voorkomende factoren waren in verband met super senioren.

10. De trap des ouderdoms

 

               “Des menschen op en nedergangh

                valt d’eene soet en dander bangh.”


Prentenmakers meenden er vroeger goed aan te doen

jongeren indringend te laten weten dat de jeugd dan wel

jong en fit mag zijn, maar dat die frisheid uiteindelijk echt

eindig is. Het leven schrijdt voort. En als je gezond blijft

en niet vroegtijdig sterft, dan wacht uiteindelijk toch de

gebrekkige ouderdom.

Dat blijkt bijvoorbeeld uit bijgaande prent uit circa 1800

van illustrator Dirk van Lubeek, met de titel ‘Trap des

ouderdoms’.

Die trap heeft tien treden en heeft de vorm van een brug.

Aanvankelijk gaat het allemaal de goede kant op, naar

boven. De jongeling wint met de jaren aan kracht, gaat

naar school, vindt een levenspartner en vervult een rol in

het maatschappelijk leven. Maar zodra men eenmaal het vijftigste levensjaar heeft bereikt, is de piek wel bereikt en gaat het lichamelijk allemaal wat minder. Men daalt treetje voor treetje de trap af.

Hoewel lang niet alle mensen alle tien treden zullen bewandelen en dus de hoge leeftijd van honderd jaar zullen be-reiken, staat wel vast dat voor ieder mens uiteindelijk de dood wacht. Op de brug vinden we verder de tekst: “Van de wieg tot aan ’t graf legt den mensch dees loopbaan af.”

 

Dat deze prent bedoeld was voor de jeugd blijkt goed uit het belerende tekstje dat onderaan de Trap des ouderdoms is afgedrukt:

O mensch, wil merken: de tijd heeft vlerken:

“Ziehier, geliefde jeugd, de trap van ‘s menschen leven:
De kindscheid huppelt voort langs paden van geneugt,
De jongelingschap komt aan, en wil naar vreugde streven,
Echter, onervaren, wijkt zij vaak van ’t pad der deugd.

Nu daagt de manbaarheid; ziedaar de denkkrachtjaren;
De mensch stapt langzaam voort; ‘t verstand verslapt, verdwijnt,
thans is ’t der grijsheids beurt met haar zilvren haren;
Het brein neemt langzaam af, als het leven ook verkwijnt.

O knaapjes wilt gij eens (doe ’t jarenwigt u bukken),
Op uw vervlogen jeugd nog lagchend nederzien,
Wilt dan, in vreugd en wee, de baan der deugd steeds drukken,
Zij is het, die op aard’ reeds hemelvreugd kan bieden.”

 

De Trap des ouderdoms was zeker in de negentiende eeuw vrij populair, maar ook in de eeuwen daarvoor versche-nen ze op vrij grote schaal. Zoals onderstaand waarschuwingsgedichtje. Om het maar goed in te prenten:

 

Memento mori

“Wat is van onze jeugd en van het ganse leven?
Het is, gelijk een stroom, in haasten weggedreven.
Het is gelijk een boom, die neder is geveld,
Het is gelijk een droom, die kranke zinnen kwelt.

Het enig, dat de ziel in dit geval verblijdt,
Dat is een zoet gepeins van welbestede tijd.

Er blijft niets aan den mensch, dan droeve nagedachten
Het eenig’ dat de ziel in dit geval verblijdt
is een herinnering aan welbesteden tijd.

Al wat het wakker oog, beschouwt aan alle zijden,
Dat wijst de mensch aan, wat eenmaal staat te lijden.
God laat ons elken dag, als in het kleine zien,
Wat eens ter zijner tyd de wereld zal geschien!”

 



11. Nederland op plaats 5 van beste pensioenlanden ter wereld

 

Of Nederland ook zo hoog blijft scoren als het nieuwe pensioenstelsel wordt uitgerold, moeten we afwachten.

Maar nu staat ons land nog op een begerenswaardige gedeelde vijfde plaats op de lijst van beste landen ter wereld om met pensioen te gaan. Geen podiumplaats dus, maar toch geen slechte score.

Noorwegen staat op de eerste plaats van de Natixis Global Retirement-index 2024. Ook Zwitserland, IJsland en Ierland gaan Nederland voor. Luxemburg staat op gelijke hoogte. Duitsland en België scoren lager. We kunnen dus een lange neus trekken naar Duitsland en België: zij staan op respectievelijk plaats 9 en 19.


Maar wat bepaalt nu of je een goed pensioenland bent? De onderzoekers keken naar achttien factoren, verdeeld over vier categorieën:

-Gezondheid: zorguitgaven en levensverwachting

-Kwaliteit van leven: sanitaire voorzieningen, levensgeluk, luchtkwaliteit, milieu

-Welvaart: inkomen, inkomensgelijkheid, werkgelegenheid

-Financiën: overheidsschuld, verhouding gepensioneerden/werkenden, overheidsbestuur, politieke stabiliteit, rente, inflatie, belastingdruk e.d.


Noorwegen is volgens de onderzoekers het beste land om met pensioen te gaan. Dat is onder andere te danken aan de subcategorieën 'welvaart' en 'gezondheid'. Zo is Noorwegen een van de weinige landen waar de levens-verwachting tijdens de coronapandemie is opgelopen. Naar 83,3 jaar, om precies te zijn. Ook is de werkloosheid onder de Noren laag, waardoor er weinig druk is op de sociale zekerheid.

 

Nederland is twee plaatsen gestegen op de rankinglijst. Dat komt omdat we wat zijn geklommen in de subcategorie 'financiën', ondanks de relatief hoge inflatie en rente. Maar de totaalscore op het gebied van financiën is laag: Nederlan. In de andere subcategorieën staan we in de top 10. In de subcategorie 'welvaart' is ons land wat gedaald. Dat is mede te danken aan een toegenomen inkomensgelijkheid. Op het gebied van 'gezondheid' is Nederland van de zevende naar de tiende plaats geduikeld. Dat komt vooral door de gedaalde levensver-wachting. Maar op het gebied van 'kwaliteit van leven' stegen we van plaats 11 naar plaats 9. We zijn verder de absolute koploper op het gebied van waterkwaliteit en sanitaire voorzieningen.

Volgens de onderzoekers ervaart ons land tegenwind door de inflatie en hogere rente, maar onder de motorkap van de economie ziet het er goed uit en ons pensioen- en zorgstelsel zijn nog steeds sterk. Nederland zit bovendien in de lift. Tien jaar geleden viel ons land nog buiten de top-10.





















12. Op welke leeftijd vinden anderen jou oud?

 

Wanneer ben je oud? Daar hebben de zestigers en zeventigers van nu

heel andere ideeën over dan hun leeftijdsgenoten van decennia eerder,

zo blijkt uit Duits onderzoek.

Voor dit langlopende onderzoek hebben de wetenschappers gebruik ge-

maakt van een vragenlijst die zich richt op Duitsers die tussen1911 en

1974 geboren zijn. In totaal deden er 14.056 deelnemers mee aan deze

vragenlijst. Ze zijn in totaal acht keer bevraagd.

Één van de vragen uit deze vragenlijst richtte zich op de perceptie van

ouderdom door mensen direct te vragen welke leeftijd zij als‘oud’ zou-

den ervaren. Het antwoord hierop bleek, op basis van geboortejaar, nog

flink te kunnen verschillen. Mensen die aan het begin van de twintigste

eeuw geboren waren, vonden mensen vanaf71 jaar ‘oud’, terwijl mensen

die halverwege de twintigste eeuw het levenslicht zagen, vonden dat

mensen vanaf hun 74e pas ‘oud’ waren.

Hieruit blijkt dat deze leeftijd flink aan het opschuiven is. De oorzaak

hiervan lijkt vooral in een verschil in perceptie te liggen tussen verschil-

lende generaties. Als verklaring zou kunnen gelden dat de gemiddelde

levensverwachting in de periode 1976 – 2021 is gestegen, wat waar-

schijnlijk bijdraagt aan het verschijnsel dat het stempel ‘oud’ lijkt te verschuiven. Mensen die vroeger als ‘oud’ wer-den bestempeld worden vandaag de dag niet meer zo gezien.  

Het antwoord op de vraag ‘wanneer is iemand oud?’ blijkt dus aan verandering onderhevig. En hierbij geldt dat de zestigers van nu als ze die vraag gesteld krijgen, een hogere leeftijd noemen dan zestigers enkele jaren geleden deden. Met andere woorden: in onze perceptie worden mensen op steeds latere leeftijd oud. Maar dat blijkt volgens de onderzoekers geen lineaire trend te zijn. Want de laatste jaren neemt de leeftijd waarop iemand als ‘oud’ bestempeld kan worden, niet meer zo snel toe als in het verleden. En het is dan ook zeker niet bewezen dat deze trend in de toekomst standhoudt.


De onderzoekers vergeleken niet alleen de perceptie van verschillende generaties (op welke leeftijd wordt iemand als ‘oud’ ervaren) , maar ze gingen ook na of de persoonlijke perceptie van onderzochte individuen door de tijd heen misschien ook veranderde. Ofwel, op welke leeftijd bestempel je jezelf als ‘oud’. En ook dat bleek het geval te zijn. Hoe ouder deelnemers werden, hoe verder de grens van ‘oud zijn’ opgeschoven werd. Zo gaven deelnemers op hun 64ste aan dat de grens op een leeftijd lag van 74 jaar. Deelnemers van 74 jaar oud gaven echter aan dat de grens van ‘oud zijn’ rond de 77 lag. Er werd ten slotte ook nog gekeken naar geslacht. Hierbij viel op dat vrouwen in het algemeen aangaven dat deze ouderdomsgrens twee jaar later ligt dan wat bij mannelijke deelnemers het geval was.
Ook persoonlijke omstandigheden lijken van invloed te zijn op het antwoord dat mensen geven op de vraag: ‘wanneer is iemand oud?’. Zo blijken mensen die eenzamer zijn, een slechtere gezondheid hebben en zich ouder voelen, in antwoord op die vraag gemiddeld een lagere leeftijd te noemen dan mensen die minder eenzaam en gezonder waren en zich ook jonger voelden.


Dit onderzoek is belangrijk omdat de resultaten weleens implicaties kunnen hebben voor het moment en de wijze waarop mensen zich op hun eigen ouderdom gaan voorbereiden, zo stellen de onderzoekers. Maar meer onderzoek is nodig. Ook omdat nagegaan moet worden hoe het zit met de perceptie van ouderdom in andere, niet-westerse landen. En tenslotte om vast te kunnen stellen of de gevonden trend - het in de toekomst bestempelen van anderen als ‘oud’ op steeds hogere leeftijd - zich doorzet of niet.