Euthanasie en Voltooid leven

Euthanasie en Voltooid leven


1. Waarom heb ik een euthanasieverzoek opgesteld?


2. 75-plussers die hun leven voltooid vinden - tegenstand.


3. 75-plussers die hun leven voltooid vinden - afwachten


4. 75-plussers die hun leven voltooid vinden - ontkende autonomie


5. Zes misverstanden over euthanasie








1. Waarom heb ik een euthanasieverzoek opgesteld?


Ik heb een euthanasieverklaring. Niet omdat ik zo graag dood wil, maar om bijtijds, zorgvuldig en doordacht te kunnen aangeven dat ik bij fysiek en/of psychisch ondraaglijk en/of uitzichtloos lijden niet meer verder wil leven. Die verklaring heb ik ook uitgebreid doorgesproken met mijn kinderen en mijn huisarts.

Mijn verklaring bestaat uit drie onderdelen:

- De uitgangspunten en omstandigheden die van belang zijn bij het verzoeken om euthanasie.

- Een behandelverbod in geval van bepaalde lichamelijke aandoeningen of omstandigheden.

- Een clausule met betrekking tot dementie.

En omdat het niet zeker is of niet zo hoeft te zijn dat mijn huisdokter de behandelend arts is in de periode dat euthanasie aan de orde zou kunnen zijn, moet de tekst van de verklaring zo duidelijk en eenduidig mogelijk zijn geformuleerd.


Ik hecht veel waarde aan mijn zelfbeschikkingsrecht. Mijn ‘zelf’ is

de som van keuzes die ik tijdens mijn leven maak en heb gemaakt.

En ik wil dat combineren met mijn instelling om zoveel mogelijk zelf

zeggenschap te hebben en regie te voeren over mijn doen en laten

in mijn leven. Een dergelijke zelfbeschikkende houding geldt wat mij

betreft ook voor het kiezen van het moment en de wijze waarop van

doodgaan. Dit alles natuurlijk voor zover mogelijk en binnen de wet-

telijk gestelde kaders en procedures. Want een euthanasieverkla-

ring is niet dwingend maar een verzoek aan de behandelende arts.


Hoe dan ook, een houding als: ‘ik leef nu en voor de rest zien we wel’, vind ik niks. Want het ‘we-zien-wel’ kan jou en jouw naasten behoorlijk opbreken als blijkt dat je te laat bent om tijdig nog het goede juiste te kunnen doen. Alles wat nu in alle rust en met voldoende aandacht kan worden overlegd met elkaar en kan worden geregeld en vastgelegd, geeft overzicht en rust. En daar horen dus ook zaken bij als het opstellen van een euthanasieverklaring. Maar ook een laatste wilsbeschikking hoort in dit rijtje thuis. Over bijvoorbeeld de keuze van begraven of cremeren. En hoe aan een afscheidsbijeenkomst inhoud kan worden gegeven en zal worden georganiseerd.


Een andere belangrijke reden voor het opstellen van mijn euthanasieverklaring is dat ik veel waarde hecht aan ‘kwaliteit van leven’: een fysiek en psychisch door mij ervaren acceptabel niveau van levenskwaliteit. Dus, dat ik nog voldoende zin kan geven aan mijn leven en dat ik vanuit een zelfbeschikkingsbesef de regie kan behouden over een leven dat gekenmerkt wordt door een voor mij aanvaardbaar niveau van geestelijk en lichamelijk welbevinden en een voor mij aanvaardbaar niveau van zelfredzaamheid. En de grens hierbij is voor mij een voorzienbare resterende leefsituatie in overwegende zorgafhankelijkheid en voortdurende hulp van anderen.

Vanwege een dergelijk acceptabel niveau van levenskwaliteit kies ik voor ‘goed en korter’ en niet voor ‘minder en langer’. Dus geen levensverlengende behandelingen die vooral een doel in zichzelf hebben en waarvan niet duidelijk is wat de lijdensgevolgen zullen zijn. Met andere woorden: de voorgestelde vervolgbehande-lingen moeten wel leiden tot een verbetering van mijn ziekte/mijn leven. Zo niet, laat dan maar…


Tegenstanders van euthanasie vinden dat er tegenwoordig geen ruimte meer lijkt te zijn voor normale aftake-ling, tegenslag en lijden. Maar dat aftakeling 'normaal' is, maakt het nog niet goed of waardevol. En als die aftakeling en dat lijden ook nog ‘s ondraaglijk en uitzichtloos zijn, dan kan ik werkelijk niet verzinnen waar dit soort van lijden en tegenslag goed voor is.

En het als alternatief aanvoeren van de mogelijkheid van palliatieven sedatie (p.s.) vind ik onjuist. P.s. is zo wie zo in de bedoeling en werking geen alternatief voor euthanasie. P.s. vindt namelijk pas plaats vlak nadat met zekerheid kan worden vastgesteld dat het overlijden aanstaande zal zijn. Er kan dan dus naar dat moment toe al een hele lijdensweg hebben plaatsgevonden. En, p.s. klinkt misschien wel zacht en vredig, maar in nogal wat van de gevallen kan zo’n p.s.-traject ook een dagen durende lijdensweg zijn. Tenslotte, als te vroeg wordt begonnen met p.s. dan bestaat er ook nog ‘s de kans dat een patiënt alsnog een vreselijk stervensproces moet doormaken.


Laat ik dit artikel luchtig eindigen met het vermelden van een variatie op wat René Gude - ooit denker des vaderlands - heeft geformuleerd: “Sterven is niet moeilijk of erg. Iedereen kan het en niemand krijgt er ooit spijt van”.


Herman



2. 75-plussers die hun leven voltooid vinden - tegenstand.


Hulp bij zelfdoding is in Nederland verboden, tenzij er

aan hele strenge voorwaarden is voldaan. Zo moet er

sprake zijn van ondraaglijk lijden, moet er geen behan-

deling meer mogelijk zijn en moet de zelfdoding plaats-

vinden onder begeleiding van een arts. In de praktijk

komt het erop neer dat door die strenge regels er maar

weinig artsen zijn die hieraan durven of willen meewer-

ken.


Rond deze kwestie is weer ’s hommeles ontstaan door

uitspraken van de voorzitter van de Coöperatie Laatste

Wil (CLW), Luc Van Gorp over ‘een voltooid leven’ en

door een rechtszaak inzake (oud-)leden van deze coöperatie. Vraag is of deze mensen deelnemen aan een criminele organisatie met als doel: hulp bij zelfdoding. Het is namelijk verboden om middelen te verhandelen met het doel om uit het leven te stappen. Dat is hulp bij zelfdoding. De rechter heeft hiervoor maar liefst acht zittingsdagen uitgetrokken. Het ingewikkelde aan deze zaak is in hoeverre de verdachten illegaal bezig waren. Het middel is namelijk legaal te koop en je mag het ook in huis hebben. De vraag is dus of het illegaal is om mensen daarop te wijzen? CLW wordt als organisatie zelf trouwens niet vervolgd. Deze coöperatie wil dat de geldende wetgeving minder streng wordt en dat het beschikbaar stellen van een middel waarmee iemand zelf uit het leven kan stappen wordt toegestaan. ICM-voorzitter Luc Van Gorp stelt dat mensen op het einde van hun leven moeten kunnen aangeven dat hun leven voltooid is. Ook als er geen sprake is van ondraaglijk lijden.

Het merkwaardige doet zich voor dat er over deze kwesties al jaren wordt gedebatteerd met experts en opiniemakers, maar ouderen vanaf 75 jaar met de wens om hun leven te kunnen beëindigen wordt niks gevraagd!


De rode draad bij ‘voltooit leven’ is autonomie, of liever het gebrek eraan. Want zodra mensen oud worden, nemen we hun levens over en zetten we ze waar we ze hebben willen. Alsof bij oud-worden elk recht op inspraak en respect wordt ontnomen.

Ondertussen denken veel ouderen dat er nog wel een plekje in een verzorgingshuis, verpleeghuis of hospice te vinden zal zijn als de nood aan de mens is en het thuis niet langer lukt. Maar omdat er steeds meer ouderen bij komen en de beroepsbevolking naar verhouding krimpt, gaat dat dus steeds moeilijker lukken!


Het wetsvoorstel over voltooid leven van D66 ligt ondertussen al jaren op tafel. Mensen van 75 jaar of ouder kunnen volgens dit voorstel met behulp van een arts uit het leven stappen als zij vinden dat hun leven vol-tooid is. Die hulp bestaat er onder meer uit dat er een middel beschikbaar wordt gesteld door de arts. Het voorstel is echter aangehouden omdat de Raad van State het op onderdelen niet zorgvuldig genoeg vindt geformuleerd.

Vooral christelijke en conservatieve partijen zijn geen voorstander van een dergelijke verruiming. De overheid moet volgens hen waken over de 'beschermwaardigheid' van het leven en haar regie over het levenseinde niet loslaten. Dus in geval van een als voltooid aangemerkt leven dient er geen sprake te zijn van het beschikbaar stellen van een ‘middel-x’ dat na gebruik tot de dood leidt. Opvallend is dat deze tegenstanders doorgaans niet tot de groep ouderen vanaf 75 jaar behoren en dat ze zich bedienen van argumenten die vaak zijn ingeven door een levensbeschouwing waar veel ouderen geen boodschap aan hebben.


Verval en sterven zijn volgens deze tegenstanders van waarde en wie die waarden aan het oog wil ont-trekken of elimineren, heeft geen waardering voor mensen die oud zijn, lijden en sterven. Die waardering is juist heel hard nodig. Nou, daar zijn gebrekkige en eenzame ouderen lekker mee! Want het gaat die ouderen niet om een tekort aan ‘waardering’, het gaat om ‘genoeg geleefd’ en om existentiële eenzaamheid. Maar, dat komt volgens deze tegenstanders omdat die ouderen de autonomie te veel hebben omarmd in hun hang naar zelfstandigheid en omdat ze het maken van eigen keuzes belangrijk vinden. En ja, dat leidt dus vanzelf tot eenzaamheid en tot een samenleving met ik-gerichte lieden. Eigen schuld, dikke bult! Ouderdom komt weliswaar met gebreken, maar dat vangen we wel op als we als samenleving ouderdom beter weten te waar-deren. Daarenboven moeten we gewoon accepteren dat het leven ook moeilijk en zwaar kan zijn. Het leven is nu eenmaal geen simpel ding; het is rommelig en onaf. Dus geef meer ruimte om te kunnen zeggen dat we ons somber voelen, dat het niet goed met ons gaat en dat we eenzaam zijn. We moeten ons oefenen in die rommeligheid en het daarover hebben. Wij zijn mensen met lek en gebrek. Soms zijn we eenzaam. Soms doen we dingen die mislukken. Soms weet we niet hoe het verder moet. Soms zijn we bang. Dat zijn gevoe-lens en gedachten die iedereen herkent. Dus daar moet je ook als oudere niet zo over zeuren...

En dan die angst voor afhankelijkheid. Ook zo’n ding. Afhankelijkheid is in onze samenleving onterecht tot iets ellendigs gedegradeerd, zo vinden de tegenstanders. Afhankelijkheid heeft juist iets moois! Het leven krijgt juist waarde in afhankelijkheid, in het samenzijn met anderen. Samen aangaan wat moeilijk is en dat met elkaar delen. Dat kwetsbare, eenzame, moeilijke leven maakt het juist de moeite waard. Daarenboven is er ook nog zoiets als barmhartigheid; de moed om te zien wat we liever niet zien: onze kwetsbaarheid, ons tekort. Dat hoort óók bij het leven en dat mag er ook zijn.


Ongelooflijk dat je dergelijke overwegingen kan bedenken als ik vind dat mijn goede leven voltooid is! Door medemensen die nota bene nog lang geen 75 jaar zijn en nog midden in het leven staan. Die zich geen enkele voorstelling kunnen maken van hoe en waarom ouderen vinden en voelen dat het welletjes is geweest en dat langer leven niks meer toevoegt. 


Herman



3. 75-plussers die hun leven voltooid vinden - afwachten.

 

Werkelijke zelfbeschikking van het individu over zijn

levenseinde houdt in dat middelen beschikbaar wor-

den gesteld waarmee iemand een eind aan zijn/haar

leven kan maken zonder tussenkomst van derden.  

Op 17 juli 2020 werd door D66 een initiatiefwetsvoor-

stel ‘Voltooid Leven’ ingediend.  Dit voorstel had als

doel om mensen van 75 jaar en ouder hulp bij zelf-

doding te verlenen als ze vinden dat hun leven ‘volt-

ooid’ is.

De KNMG (de Nederlandse Artsenfederatie) had in-

dertijd bij dit wetsvoorstel de nodige bedenkingen:

- De doodswens is doorgaans ambivalent en veran-

derlijk. Vaak gaat achter zo’n doodswens een inge-

wikkelde problematiek schuil, zoals eenzaamheid, sociale isolatie, gevoelens van overbodigheid, het idee afgedankt te zijn door de maatschappij, of het gevoel anderen tot last te zijn.

- De wet kan ouderdom stigmatiseren en het onwenselijke signaal geven dat het leven van ouderen minder waardevol is dan dat van jongeren.

- De maatschappij moet zich inzetten om gevoelens van eenzaamheid en overbodigheid bij ouderen te voor-komen. Ook dient de behoefte aan eigen regie rond het levenseinde een rol te krijgen.

Het D66-wetsvoorstel heeft het niet gehaald. Dit, terwijl In 2013 tweederde van de Nederlanders vond dat hulp bij zelfdoding mag worden verleend als iemand  zijn of haar leven voltooid vindt. En nog steeds groeit onder senioren de wens tot het zelfgekozen levenseinde.

 

Het is al weer ruim 30 jaar geleden (1991) dat rechtsgeleerde Huib Drion in een opiniestuk het idee van zijn pil lanceerde voor iemand die zijn leven voltooid acht. Niet dat hij echt zo’n middel had, maar hij bedoelde wel dat er zoiets beschikbaar zou moeten zijn als je vindt dat jouw leven voltooid is. Ofwel vervuld, of zoals ik ergens las: als je vind dat jij jezelf hebt overleefd. Maar na drie decennia zijn we nog geen stap dichter bij dit doel gekomen. En het is de vraag of zo’n ‘pil’ er ooit zal komen.

 

Er bestaat nu wel voor mensen met een stapeling van ouderdomsklachten de mogelijkheid van euthanasie of hulp bij zelfdoding. Maar bij euthanasie gaat het om een verzoek aan de arts die moet vaststellen of aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan (w.o. ondraaglijk en uitzichtloos lijden). En het verlenen van medewerking bij zelfdoding door een arts is slechts onder strikte voorwaarden mogelijk. Waar het om gaat is dat ik in geval van een voltooid leven de hulp van een stervensconsulent moet kunnen inroepen die met mij komt praten en me dan barmhartig de middelen verstrekt waardoor ik zachtjes uit het leven kan weggaan. Zonder pijn, aftakeling, dementie en  verlies van waardigheid. Een ieder die vindt dat zijn leven voltooid is, moet daar zelf de verantwoordelijkheid voor kunnen nemen. Mensen beschikken immers zelf over hun lot. En wil je dit niet, ook goed. Dan word je zo goed mogelijk verzorgd tot aan het natuurlijke levenseinde.

Maar zonder een wettelijke regeling is hulp bij zelfdoding tot op heden dus niet mogelijk. Als je er van over-tuigd bent dat jouw leven voltooid is, dan kun je nu alleen op een verschrikkelijke manier een eind aan je  leven maken. 

 

Naast de in mijn vorige artikel vermelde bedenkingen, liggen er vooral christelijke gedachten ten grondslag aan het bestrijden van het uitgangspunt om op een gecontroleerde en waardige manier het leven te kunnen  beëindigen. Maar als je niet gelooft in een hogere macht die voor jou beslist? Ik vind dat wij zelf kunnen en mogen beslissen over ons doen en laten, zolang wij anderen daarbij geen kwaad doen.


Herman



 

4. 75-plussers die hun leven voltooid vinden – ontkende autonomie

 

Er zijn mensen die vinden dat de samenleving zich

zou moeten buigen over de vraag of ouderen niet

te veel de indruk wordt gegeven dat ze geen enkel

nut meer hebben. En we zouden ons daarom bezig

moeten houden met de vraag of we mensen op die

leeftijd werkelijk nog wat te bieden hebben En zo

ja, hoe kunnen we dat dan organiseren?

Maar ik denk dat we die vraag uiteindelijk negatief

moeten beantwoorden. Daarenboven, het aantal

ouderen zal de komende jaren fors toenemen. Het

wordt dus so wie so  een forse opgave om ouderen

de meest elementaire zorg te kunnen blijven bie-

den. In de ouderenzorg is nu al helemaal geen tijd

om geduldig en in alle rust bezig te zijn met onze ouderen. Het is het huidige ouderenbeleid te verwijten dat wij ze  geen omgeving kunnen bieden waarbinnen ze zich geborgen en gerespecteerd voelen! Als we kosten/ baten en efficiëntie in de zorg prediken, moeten we niet verbaasd zijn als mensen zich allesbehalve verzorgd voelen, maar eerder verwaarloosd. Hiermee wil ik niet beweren dat het idee van een voltooid leven hier rechtstreeks mee te maken heeft, maar kom me niet aanzetten met allerlei ideeën die onhaalbaar zijn en/of niet aansluiten bij de huidige belevingswereld en leefomstandigheden van ouderen.

 

Daarenboven, we leven niet in een maatschappij waarin de verschillende leeftijden gemakkelijk mengen en voor elkaar klaar staan. Onze samenleving is sterk geïndividualiseerd en autonomie is leidend. Ouder-wordende mensen worstelen met hun afhankelijkheid van anderen. Het is onbarmhartig om te zeggen: ‘u moet maar gewoon leren om kwetsbaar en afhankelijk te zijn’. Dat moet je trouwens niet pas leren als je echt oud geworden bent. Verder moeten we erkennen dat de groep ouderen tegenwoordig even divers is als alle andere leeftijdscategorieën in de samenleving; ze hebben uiteenlopende achtergronden, behoeften, wensen en interesses. En tenslotte denk ik dat ouderen die het financieel moeilijk hebben en behoren tot de lagere maatschappelijke geledingen kwetsbaarder zijn  en  vanuit andere  overwegingen hun leven als voltooid ervaren dan hun andere leeftijdgenoten.

Kortom, als mensen hun leven als voltooid beschouwen dan heeft dat met vele factoren te maken, maar ook met de context waarin ze leven en de mogelijkheden die die context hen biedt.

 

Ook in praktische zin doen zich zaken voor die senioren bij uitstek treffen. Zoals het sluiten van trein- en bankloketten; het afschaffen van bushaltes; het opheffen van pinautomaten en het stoppen van buurtwinkels. Als je niet langer zelfstandig boodschappen kan doen op wandelafstand, dan valt een groot deel van je zelf-standigheid weg. Als je er niet in slaagt de trein te nemen omdat er geen loketten meer zijn en je de ticket-automaat niet begrijpt, dan blijf je thuis. Ik wil maar zeggen, senioren raken niet alleen geïsoleerd omdat niemand naar hen omkijkt, maar ook omdat hun bewegingsruimte ernstig wordt ingeperkt door marktdenken en een nietsontziende hang naar efficiëntie.

 

Met een wens rondlopen om er mee op te houden omdat je tot de overtuiging bent gekomen dat het leven zo onderhand voltooid is, is overigens nog iets anders dan daar definitief werk van maken. De praktijk leert immers dat veel mensen in die laatste levensfase hun grenzen oprekken. Daarenboven vraagt het moed om je eigen aanstaande sterfelijkheid onder ogen te zien.  In elk geval is het dan zaak het waarom en de manier waarop van een levenseinde met anderen te bespreken. Met als centrale vraag: Wat maakt het leven (nog) nog de moeite waard? En het is altijd goed om met regelmaat te reflecteren op je eigen levenseinde.

Hoe dan ook, ik hoop oprecht dat kwetsbare ouderen binnen afzienbare tijd zelf mogen beslissen over leven en sterven. Maar het zal helaas nog wel even duren voordat er een wettelijke regeling is die tegemoet komt aan de ware individuele zelfbeschikking: namelijk zonder inmenging van een huisarts of stervensbegeleider jouw levenseinde zelf kunnen bepalen.

 

Het vraagstuk van ‘het voltooide leven’ valt niet op te lossen met wat extra budget hier en wat bijkomend initiatief daar. Het vraagt om een fundamenteel andere kijk op de hele samenleving en op de ouderen daarbinnen. Ouderen hebben met elkaar gemeen dat ze zelf willen kiezen wat ze doen, wanneer en met wie. En ook willen ze, zoals iedereen, graag gezien en gerespecteerd worden en onderdeel uitmaken van de samenleving. Dus, als dat allemaal wegvalt…

Tenslotte, laten we het allemaal niet groter maken dan het is. Wij allen zijn slechts een schakel in een ketting van generaties en ‘het leven’ gaat toch wel door.


Herman

 


5. Zes misverstanden over euthanasie


Uit recent onderzoek blijkt dat 20 jaar na de invoering

van de euthanasiewet in Nederland nog veel misver-

standen bestaan over euthanasie. De NVVE-nieuws-

brief geeft aan hoe het echt zit als we kijken naar zes

misverstanden over euthanasie. Hieronder een bewerk-

te versie hiervan


1. Verlenen álle huisartsen euthanasie?

Nee, niet álle artsen verlenen euthanasie. Er zijn nog

steeds artsen die er niet aan willen meewerken of bij

twijfel geen euthanasie verlenen. Daarom is het zo 

belangrijk om met jouw arts in gesprek te gaan en te

vragen hoe deze tegenover euthanasie staat. 

Bespreek in dit gesprek ook wat je als  ondraaglijk lijden ziet en leg dit uit aan de hand van het leven dat je leidt. Dit maakt jouw lijden invoelbaar voor je arts en dat kan helpen om met je mee te gaan in jouw eutha-nasiewens. Wil jouw arts dat niet, dan heb je nog tijd om naar een andere arts op zoek te gaan.

2. Kun je alleen als je dodelijk ziek bent om euthanasie vragen?

Nee, een euthanasieverzoek moet wel een medische grondslag hebben maar die beperkt zich niet tot een ernstige of terminale ziekte. Euthanasie is ook mogelijk bij dementie, psychiatrische ziektes en stapeling van ouderdomsklachten. Het verzoek om euthanasie moet wel voldoen aan de zes eisen die in de euthanasiewet zijn opgenomen. Alleen jij of via jouw schriftelijke verzoek kunt je om euthanasie vragen. Artsen zijn nooit ver-plicht om euthanasie uit te voeren.

3. Is euthanasie bij dementie wel of niet mogelijk?

Euthanasie is wél mogelijk bij dementie maar je moet er wel vooraf iets voor doen. Het belangrijkste is dat je een schriftelijk euthanasieverzoek hebt opgesteld en ondertekend en dit hebt besproken met jouw arts om het op te laten nemen in jouw medisch dossier. Kom er regelmatig op terug  zodat jouw arts weet dat jouw wens actueel is. Krijg je de diagnose dementie, bespreek dan al in een vroeg fase - wanneer je nog wilsbekwaam bent - wat je wensen zijn en wat je als ondraaglijk lijden ziet.

4. Is euthanasie geregeld met mijn schriftelijk euthanasieverzoek?

Nee, alleen een schriftelijk euthanasieverzoek opstellen is niet voldoende. Het geeft wel goed aan waarom je in bepaalde omstandigheden zou willen sterven met behulp van een arts. Gebruik het als praatdocument om met jouw arts het gesprek aan te gaan over jouw euthanasiewens. Je kunt dan ook meteen vragen of jouw arts later mee zou kunnen gaan in jouw verzoek. Heeft jouw arts bezwaren, dan kun je op zoek gaan naar een andere arts.

5. Heb ik recht op euthanasie?

Nee, in Nederland heeft niemand recht op euthanasie. Euthanasie is een verzoek aan jouw arts om u te helpen sterven als het moment daar is. Jouw arts hoeft niet in jouw wens mee te gaan. Ook al heb je opgeschreven wat je wil en als jou vraag past bij alle eisen van de wet. Als jouw arts niet mee wil gaan in jouw verzoek, dan moet hij dat zeggen. Je kunt dan om een verwijzing vragen naar een andere arts of naar het Expertisecentrum Euthanasie.
6. Regel ik euthanasie met een levenstestament?

Nee, met een levenstestament regel je vooral financiële zaken voor het geval dat je dat zelf niet meer kunt, bijvoorbeeld omdat je wilsonbekwaam bent geworden. Je moet  een euthanasieverzoek als apart document opstellen. Bespreek jouw verzoek met je arts, kijk naar wat er kan en mag en laat jouw schriftelijke eutha-nasieverzoek in jouw medisch dossier opnemen. Door er regelmatig op terug te komen weet jouw arts dat je er nog steeds achter staat. Dat is belangrijk voor het geval er iets met je gebeurt.  


























Als je mij iets wil laten weten, dan kun je me mailen: h.v.veldhuijzen@gmail.com

unsplash